Doenvermogentoets: Nieuw financieringsstelsel kinderopvang voor groepen in kwetsbare omstandigheden

Dit onderzoek richt zich specifiek op de doenlijkheid van het nieuwe stelsel voor burgers: de mate waarin het beleid en de uitvoering haalbaar en doenlijk zijn voor hen, rekening houdend met hun doenvermogen. De opdrachtgever vroeg de doenlijkheid specifiek te toetsen voor een aantal subdoelgroepen voor wie dit stelsel naar verwachting extra uitdagingen kent wat betreft doenlijkheid, te weten ouders zonder vast dienstverband, gescheiden ouders en ouders met beperkte basisvaardigheden, voor wie uit eerder onderzoek is gebleken dat er sprake kan zijn van doenlijkheidsrisico’s. 

 

De centrale onderzoeksvraag luidde: In hoeverre is het nieuwe financieringsstelsel kinderopvang doenlijk voor bepaalde subdoelgroepen ouders? De analyse richtte zich op vier dimensies: de eenvoud (het aantal en de tijdsinvestering van benodigde acties), de begrijpelijkheid (de mate van duidelijkheid en voorspelbaarheid van het proces), de uitlegbaarheid (het in eigen woorden kunnen toelichten) en de algemene doenlijkheid (de benodigde vaardigheden en de kans op negatieve gevolgen bij inactie of vergissing). Het onderzoek is uitgevoerd in drie fasen: (1) de selectie van kwetsbare doelgroepen, (2) een gedragsanalyse van het stelselontwerp aan de hand van vier gedragsbouwstenen, en (3) het toetsen van de doenlijkheid via 32 semigestructureerde interviews met ouders uit de geselecteerde doelgroepen. De analyse is gebaseerd op de stand van zaken van het stelselontwerp zoals die op 5 september 2025 bekend was.

 

Meer weten over de resultaten? Lees het rapport hieronder.


Bekijk publicatie (PDF)

Deze website maakt gebruik van cookies om na te gaan hoe deze wordt gebruikt.

Meer info